HIJ GEEFT ONS HET LEVEN WEER
Hij kwam niet als een Koning
maar als een kindje klein
Hij had zelfs geen woning
toch wil Hij onze Redder zijn.
Hij had gestalte noch luister
een man van smarte, vervolgd, verguisd
legde alles af wat Hij bezat
verliet Zijn Vaderlijk Huis.
Geen kroon met parels en robijnen
maar een pijnlijke doornenkroon
Hij droeg de straf voor onze zonden
Jezus, Gods eigen Zoon.
Eens zal alle knie zich buigen
en belijden Hij is Heer
Zijn leven werd Hem eens ontnomen
Hij geeft ons het Leven weer.