WAAR GOOI JIJ JE ANKER UIT?
Waar gooi jij je anker uit?
Waar vind je vaste grond?
Een stevige plek, die niet wankelt
als het water je tot aan de lippen komt?
Aan bezit of aan mensen
aan dogma’s van kerken,
Kunnen zij je beschermen
als het tij zich keert?
Aan geld of je huis
dat op zand is gebouwd
je verzekering, je status
is het dat waar je op vertrouwt?
Denk je zo te overleven
in goede en kwade dagen
denk je dat dit drijfzand
jou in stormen zal kunnen dragen?
Weet je wat jij nodig hebt?
Een stevige plek, een rots
dat is Jezus, Hij is zelf het Anker
een veilige schuilplaats, de Zoon van God!
JEZUS, JOUW ANKER
Ik zie steeds jouw ogen
vol pijn en verdriet
om wat men jou aandeed
ze begrijpen het niet.
Ze vragen om liefde
een arm om je heen
maar je trekt je terug
en blijft moederziel alleen.
Zoekend en tastend
naar een anker, een rots
grijp maar het anker
dat is Jezus, jouw God.
Hij kan alles geven
waar je zo naar verlangt
Zijn Liefde voor jou
houdt eeuwig stand.
Bij Hem mag je schuilen
ook voor jou is er plaats
Hij droogt je tranen
daarvoor is het nooit te laat.
GEBORGEN IN HEM
Als een schip zonder anker
als een storm zonder wind
als een kind zonder moeder
als een vogel die niet zingt.
Als een zee zonder water
als de bliksem zonder licht
als de regen zonder druppels
als een lach zonder gezicht.
Als een schreeuw zonder woorden
als een oog dat niet ziet
als een oor dat niet luistert
als een traan zonder verdriet.
Zo ben ik zonder Vader
zonder Meester, zonder Heer
zonder Vriend, zonder Herder
dan ben ik niemand meer.
Maar door Hem mag ik leven
mag ik zijn wie ik ben
ben ik vrij, ben ik alles
geborgen in Hem!