ALS DE BLADEREN VALLEN
Een tapijt van zachte bladeren
bedekken het pad in ’t bos
ze dempen stil m’n voetstappen
en brengen God hun lof.
Hun taak is bijna ten einde
ze keren weer tot stof
noch tonen ze de schoonheid
en kracht van onze God.
Die nooit zal laten varen
wat Zijn Hand eens begon
de hemel, zee en aarde
de sterren, maan en zon.
Ook als de bladeren vallen
en alles gaat voorbij
ontstaat toch weer nieuw leven
God blijft in jou en mij.
In die nachtelijke uren
als ik zo maar wat lig te dromen
als het stil is om mij heen
mag ik heel dicht bij U komen.
Als gedachten gaan en komen
zoals eb weer na de vloed
word ik stil en mijn hart gaat zingen
als ik U mijn God ontmoet.
In mijn vreugde of mijn tranen
in de stilte of mijn gebed
houdt U mijn hand heel teder vast
zonder woorden is alles gezegd.
Zo maar samen
diepe ontroering
kracht en sterkte
lof en dank.
De ochtend gloort
niets kan mij deren
want ik wandel met Jezus
hand in Hand.
Cobi van der Hoeven-Zondag